Bron: Het Parool
Door: Jaap de Groot
We hadden al jaren de afspraak om één keer per maand te gaan eten. Een broodje bal als lunch of biefstuk bij het avondmaal; we keken wel hoe het liep.
Je moest het voor Wim Suurbier vooral niet te ingewikkeld maken.
De laatste keer was eind februari, twee weken voor de coronamaatregelen. Omdat hij net 75 jaar was geworden, besloot ik het iets feestelijker aan te pakken en reserveerde voor de lunch in Hotel V achter het Amstel Station. Aan de rand van Amsteldorp.
Nadat ik hem had opgepikt en Hotel V opdoemde, klonk het ineens: “Japie, dit is mijn oude buurt! Het is zestig jaar geleden dat ik hier voor het laatst ben geweest.”
Terwijl ik altijd dacht dat hij in de Transvaalbuurt was opgegroeid, bleek er toch een stuk wit in de film te zitten. Nadat zijn ouders in 1944 naar het al bevrijde Brabant waren getrokken, waar Suurbier op 16 januari 1945 in Eindhoven werd geboren, keerde de familie na de oorlog terug naar Amsterdam. Naar Amsteldorp.
“Rij even door,” zei hij, waarna we over de brug de wijk inreden. Wijzend naar links richting de Zwaardenmakerstraat: “Daar woonde ik.” Dan de andere kant opdraaiend naar de Fahrenheitstraat: “En daar woonde Ria Valk, de zangeres.”
Hij zat inmiddels op memory lane. In zichzelf pratend: “Op die hoek was de kruidenier…” Dan tegen mij: “Als het goed is, moet aan het einde van de weg het veld van Amstel zijn, mijn eerste club.” Even later: “Ja verdomme, hier is het.”
We stoppen tegenover het terrein van AFC Taba, aan de rand van Sportpark Drieburg. De plek waar Suurbier op aanraden van Piet Keizer, die op dezelfde lagere school zat, in de jaren vijftig bij vv Amstel met voetballen begon. De club die in 1979 fuseerde met WTO en daarna in JOS/Watergraafsmeer is opgegaan.
Ook nadat de familie naar de Transvaalbuurt was verhuisd, bleef hij Amstel trouw, waarna hij als linksbuiten (!) op zijn zestiende door Ajax werd gescout. In De Meer werd Suurbier tot rechtsback omgeturnd en maakte hij in 1964 zijn debuut in het eerste. Dertien jaar lang had hij een basisplaats.
Maar het begon bij Amstel in Amsteldorp. Tijdens de lunch in Hotel V raakte hij er niet over uitgepraat. Weer terug in zijn oude buurt, het maakte zijn hele dag goed.
Het was de laatste keer dat ik hem zag.
Ooit zijn we in Californië met George Best doorgezakt in diens kroeg Bestie’s, bezochten een concert van Fleetwood Mac in de Hollywood Bowl, gingen rollerskaten tussen de homo’s en bodybuilders in Venice Beach en nog veel meer, maar dat half uurtje Amsteldorp is nu toch mijn dierbaarste herinnering aan een unieke kerel.
Afgelopen donderdag namen familie, vrienden en oud-ploeggenoten op De Nieuwe Ooster in Amsterdam afscheid van Wim Suurbier.
Lees ook de column van Jaap de Groot van 25 juli 2020 Een Ajacied die niet vergeten is
Wat leuk om te lezen. Ik heb ook in de Zwaardemakerstraat gewoond. En mijn moeder later tot aan haar dood in 2006 in de Open Hof tegenover Hotel V. Vanuit haar kamer keek ze over de singel.