Bron: hetamsterdamschevoetbal.nl
Leroy Kroese moet TOG ook dit seizoen als interim-trainer in de zondag vierde klasse E zien te houden. De jonge trainer (25) is optimistisch en vindt zijn leeftijd daarin onbelangrijk. “Als jij jezelf niet belangrijker maakt dan je bent en goed overkomt op die jongens, maakt het helemaal niet uit wat voor leeftijd je hebt.”
Wat doet een 25-jarige jongen als hoofdtrainer van een eerste elftal? “Dat is drie keer kruisband afscheuren en toch graag met het spelletje bezig willen blijven,” antwoordt Kroese. Als speler begon hij in de jeugd van Diemen, liep stages bij Ajax en AZ waarna hij uiteindelijk in de C’tjes bij Telstar keepte. “Maar daar ben ik te Amsterdams voor geweest,” zegt Kroese, die het na een jaar alweer voor gezien hield in Velsen. Na een terugkeer in Diemen koos hij uiteindelijk voor TOG, de club van zijn vader, die daar altijd in het bestuur heeft gezeten. Daar scheurde hij voor het eerst zijn kruisband. “Negen maanden hersteld en toch weer opgepakt omdat je niet wilt opgeven.”
Eenmaal hersteld ging Kroese weer naar Diemen, waar zijn broer Kevin in het eerste elftal speelde. Hij werd reservedoelman, onder Mark Stuut. De trainer van Diemen destijds is een grote inspiratiebron voor hem geweest als trainer. “Vooral hoe hij met spelers om kon gaan door heel erg in de groep te staan maar er dan toch ook wel weer boven. Bovendien hebben zijn wedstrijdbesprekingen mij dusdanig geboeid dat ik het een heel jaar kon opbrengen om op de bank te zitten, puur omdat hij mij ook kon blijven motiveren.” Kroese keepte dat jaar niet veel, maar wel de kampioenswedstrijd tegen Ouderkerk (1-0) en werd zo kampioen met zijn jeugdliefde. Hierna keerde hij opnieuw terug bij TOG. Daar scheurde hij voor de tweede keer zijn kruisband, waarna de sluitpost besloot zich volledig te richten op het trainersvak.
Kroese had al eerder junioren getraind, alleen beviel hem dat minder. “Ik wil graag mensen de waarheid vertellen. Dat wilde ik ook bij kinderen, maar dat valt minder lekker omdat je ook met ouders te maken hebt. Ik denk dat ik daar niet voor gemaakt ben.” Hij werd assistent bij het eerste elftal en toen de nood aan de man was met een keepersprobleem, ging hij voor de laatste keer onder de lat staan. Na vijf wedstrijden scheurde hij voor de derde keer zijn kruisband. Die heeft hij niet laten opereren.
Later dat seizoen stond Kroese plotseling voor zijn eerste klus als hoofdtrainer. TOG stond met drie wedstrijden te gaan op degraderen en Martin van Egmond vertrok vroegtijdig. De assistent werd naar voren geschoven als interim-trainer. “Ik moest één van de drie potjes winnen tegen top-5 ploegen om ons veilig te spelen. Dat lukte.”
Dit seizoen staat Kroese voor een soortgelijke klus. Hij is opnieuw aangesteld als interim-trainer. Samen met oud-aanvoerder Mark Stobbelaar en zijn vader Peter als assistenten moet hij TOG, dat met slechts één punt voorlaatste staat, opnieuw in de vierde klasse zien te houden. Zijn leeftijd zou daarin geen rol moeten spelen, vindt Kroese: “Als jij jezelf niet belangrijker maakt dan je bent en goed overkomt op die jongens, maakt het helemaal niet uit wat voor leeftijd je hebt.” Wat hij vindt van het idee dat keepers geen goede trainers zouden kunnen worden? “Ik ben een keeper die heel goed kon voetballen. Misschien is dat mijn redmiddel.”
Geef een reactie