18 september 2013
Auteur: Kees Rotgans, Roland de Weert, Gerhard Broers

Voetbal en stadswijken: een verbroken relatie

Titel van een onderzoek aan de Vrije Universiteit door Kees Rotgans, Roland de Weert en Gerhard Broers tijdens het werkcollege sportgeschiedenis door Prof. Dr. Th. Steven.
De periode omvat de jaren ’50 tot ’80.
Het onderzoek bestaat uit 3 delen: de Watergraafsmeer, AJAX en interviews met AJAX-fans.
Met dank aan Gerhard Broers voor het beschikbaar stellen van het resultaat van dit onderzoek.
Het opstaan van een profclub.

De doorbraak van jonge talenten (1).

Cruijff en Keizer braken door en tekenden hun eerste contract in de nadagen van Buckinghams loopbaan bij Ajax. Cruijff tekende zijn contract een paar maanden later dan Piet Keizer. Het waren profcontracten, maar het bestuur dacht nog steeds semi-prof. Zo stond er in het eerste contract van Cruijff een clausule dat wanneer hij een middenstandsdiploma haalde hij 5000 gulden extra kreeg. Cruijff daarentegen woonde slechts twee lessen bij en behaalde dat diploma nooit.

Piet Keizer bij toeval bij Ajax.
Keizer belandde eigenlijk per toeval bij Ajax. Hij begon op zijn achtste met voetballen. Dat mocht toen nog niet in clubverband. Hij smokkelde met hulp van zijn buurman die wedstrijdsecretaris was bij Amstel. Daar speelde hij tot iemand hem vertelde dat hij naar een andere club moest. Zijn buurman zou Blauw-Wit voor hem regelen. Keizer woonde in Oost en moest helemaal naar het Olympisch Stadion reizen. Dat zag hij niet zitten. Ajax was dichtbij. Keizer speelde de gebruikelijke oefenwedstrijd en werd aangenomen bij de club. Hij had weinig echte belangstelling voor Ajax en ook niet voor Blauw-Wit. Zijn vriendjes speelden voor Amstel en hij wou daar ook voetballen. Dat was leuker vond hij. Hij leerde voetbal op straat en schaafde daar net zo lang aan zijn techniek tot hij tevreden was.

Johan Cruijff – Op 3-jarige leeftijd al een Ajax-pak.
Cruijff was de tweede fullprof speler van Ajax. Cruijff is ‘het’ voorbeeld van de band tussen buurt en club. Hij werd geboren in Betondorp op 25 april 1947. Ajax werd hem met de paplepel ingegoten. Op 3-jarige leeftijd kreeg hij al een Ajaxpak van zijn ouders, alleen de sokken moesten gebreid worden door Oma omdat die in zijn maat nog niet te koop waren. Hij ging als kind vaak met zijn broer Henny en vader naar Ajax om te kijken of om op een van de velden te voetballen. Hoewel de liefde voor het voetbal en Ajax vooral van zijn vader kwam viel deze niet weg toen zijn vader op jonge leeftijd kwam te overlijden.

Oom Henk.
Een oom van Cruijff, Oom Henk was terreinknecht bij Ajax. Cruijff hielp hem vanaf zijn vierde met de vlaggen planten op het veld, zand strooien in de goals als het flink had geregend of lijnen trekken als die door de modder waren uitgewist. Cruijffs’ moeder was schoonmaakster en kantinehulp bij Ajax. Cruijff at en dronk voetbal, hij spijbelde zelfs om rond de Meer te voetballen. Jeugdtrainer van Ajax Jany van der Veen kwam zelf uit Betondorp en zag hem al op jonge leeftijd voetballen. Op zijn tiende verjaardag werd hij lid van Ajax.