31 december 1944 – 31 december 1955
Door: Jan Dijk (1947) Jongste zoon van Ds J. Dijk, ex-huisarts in A’dam ZO.
Iemand noemde het de Parel van de Meer
Lees ook: Uit de historie van Oud-Watergraafsmeer
In de 18e eeuw bevond zich parallel aan de Kruislaan in Tuindorp Frankendael oftewel Jeruzalem een van de mooiste maliebanen van Nederland.
Vanaf de Middelwegh (korte tijd Middellaan geheten omdat er zoveel bomen aan waren komen te staan) liep, naar de daar evenwijdig aan de weg liggende tochtsloot van de paradijselijke polder Watergraafsmeer, ongeveer over de huidige Saltetstraat in Tuindorp Frankendael oftewel Jeruzalem, parallel aan de Kruislaan dus, een van de mooiste maliebanen van Nederland. Eind 17e en in de 18e eeuw was maliën het populairste spel in Europa. In Frankrijk heette de baan paillemaille. Pall Mall in Londen heeft ermee te maken. In het Nederlands werd dat palmalie. Straks leg ik uit hoe het spel in elkaar stak.
Ook de Maliebaan was omzoomd door bomen. Op warme dagen kon je er goed toeven. De Parel van de Meer noemde iemand hem. Voor Amsterdammers was het het helemaal: het Paradijs! Sommigen in de stad vonden het wat te ver om te lopen; maar het was wel de dichtstbijzijnde, het was in feite de Amsterdamse maliebaan.
Aan het eind kon je een versnapering krijgen in het Maliehuis, de populairste herberg van de Watergraafsmeer, ons eigen Américain. Daar gebeurde het, daar moest je wezen. Dat Maliehuis lag met de achterzijde derhalve aan de in de nieuwe polder in een ruim vierkant aangelegde tochtsloot, dat was soms een vieze bedoening in die tijd zonder riolering. De tochtsloot is daar in later jaren naar achteren verplaatst richting huidige Gooiseweg, om het toekomstige Darwinplantsoen een goede aansluiting te geven op de nieuw te bouwen wijk Jeruzalem . De tochtsloot liep ongeveer daar waar nu de straatweg van het Darwinplantsoen loopt.
De Maliebaan was 173 roeden lang. Die in Utrecht was de langste, 200 roeden. Lodewijk XIV, die in het Rampjaar 1672 even in Utrecht was toen de Fransen Utrecht bezet hielden (de nog net intacte grote Domkerk werd voor even katholiek en Amsterdam moest in de ‘Munttoren’ korte tijd zijn eigen muntslag regelen, vandaar de naam van die toren) had hem zo wel naar zijn nieuwe Versailles willen meenemen.
Maar roeden verschilden overal van plaats tot plaats. De Amsterdamse roede bedroeg 3,68 m, de Utrechtse 3,76 m. Die maliebaan daar was dus echt een stuk langer.
Tussen onze Maliebaan en de Kruislaan lag een hele rij fraaie buitenplaatsen. Jaap Kruizinga, chroniqueur van de Meer, noemt ze in zijn boek uit 1948 allemaal op. Bijvoorbeeld Buitenrust, dat in zijn geweldige tuin drie schuin verlopende lanen met geschoren hagen tussen Kruislaan en Maliebaan had. Al die huizen keken van achteren mooi op de bomenrij van de maliebaan uit.
Vrijheit Blijheit vlakbij het Maliehuis was echter de mooiste; in het Verheerlykt WATERGRAEFS- of DIEMERMEER uit 1725, dat destijds zo populaire boek met gravures waar het altijd mooi weer is met zonnige wolkenluchten, krijgt die maar liefst drie prenten van Daniël Stoopendaal. Wat opvalt: een grote fontein met in het midden een zich badende meermin, en daarachter een graskom met in het midden een beeld van twee naakte jongetjes. Het maakt allemaal een grootse en zonnige indruk. Veel geschoren hagen ook hier.
Maliespelers of maliebaanwandelaars konden zich hier en daar ook nog op plezierhoekjes tussen die buitenplaatsen verpozen. Wat een lustoord!
Is het toeval dat aan de overkant van de huidige dichtbij gelegen Koningskerk, met zijn mooie glas-in-betonramen, rondom een boom een met moeite zichtbaar oorlogsmonumentje ligt met als tekst 1945 VRYHEID BLYHEID 1955?
Tegenover hofstede Vrijheit Blijheit ten opzichte van de Maliebaan lag de buitenplaats Werk en Rust, die in de tweede helft van de 18e eeuw in bezit was van de dichter en secretaris van de Watergraafsmeer Mr P. N. Arntzenius (hij had er overigens nog eentje), naar wie in de Watergraafsmeer om raadselachtige redenen een lange straat genoemd is; schrijver dezes woonde er. Want zo bijzonder was zijn poëzie niet: nogal langdradig en rijmelarij vinden we nu. Als wapenfeit wordt genoemd: de beschrijving van de eerstesteenlegging van het nieuwe Rechthuis bij de Oetewalerbrug.
Er is helaas geen prent van Werk en Rust in dat mooie boek.
Ik ga even door. Die lange straat moet dan maar de Johan Cruijffstraat gaan worden! Of anders de Burgemeester de Witstraat, naar de laatste burgemeester van Watergraafsmeer die tientallen jaren de scepter zwaaide. Die was buitengewoon geliefd en deed veel goeds voor zijn gemeente.
Terug naar de Maliebaan. Het hart van de Watergraafsmeer. Gezellige rococomuziek zal er in het Maliehuis ook wel geklonken hebben.
Dat maliën verliep als volgt. Eerst moest je naar het Maliehuis, je spullen halen. De maliestick, zwaarder en groter dan een huidige golfstick, had een met ijzer beslagen uiteinde met een schuine en een rechte kant. Je moest vanaf een vast punt aan het andere einde van de maliebaan een zware, ook met ijzer beslagen houten bal door de hele baan slaan. Daarbij moest je een van de aan de beide uiteinden ter weerszijden geplaatste palen raken. Bovendien moest de bal onder een halverwege geplaatst poortje door. Als je naast sloeg moest je terug. Tenslotte kwam je weer terug op de basis, het Maliehuis.
Op YouTube vertelt in Utrecht een expert aan Maarten van Rossem, dat gezegd wordt, dat ooit iemand daar het eindpunt in slechts vier slagen haalde. Dat lijkt een onmogelijk record. Maarten ervaart zelf, dat het een loodzwaar spel is; het filmpje is al een aantal jaren oud. Die hartversterking aan het eind was gewoon noodzakelijk.
Maar de Maliebaan was ook een gezellig breed lommerrijk pad om overheen te struinen en te flirten. Op de gravure die ervan gemaakt is in 1725 lopen tientallen mensen over de baan; gemalied wordt er niet.
Begin 19e eeuw raakt het spel geheel in onbruik, de maliebanen worden overal afgebroken.
Die in Utrecht is nog in gebruik geweest als Nederlands eerste fietspad: je kon er op een vélocipède leren fietsen, tien lessen waren nodig. Dat lees je op een daar geplaatst bord. Hier zal hij daarvoor te vroeg zijn weggehaald. Maar we weten het niet. Op een kaart laat in de 19e eeuw is het tracé nog duidelijk herkenbaar.
Nu is de Utrechtse Maliebaan een van de beroemdste lanen van Nederland. Het ene pand is nog beroemder (soms beruchter) dan het andere. Een en al geschiedenis. Er is een boek over. Aan de Maliebaan.
In de Watergraafsmeer keerde de Maliebaan, op gezag van de toenmalige stadsdeelraad Watergraafsmeer, als straatnaam terug in de nieuw aangelegde wijk Julianapark niet ver van het Amstelstation. Een mooi brede straat. Heel passend.
Wie opent een nieuw Maliehuis?
Albert Damen zegt
Omdat ik mijn vriendin naar de Maliebaan in Utrecht bracht en wilde weten waar die naam vandaan kwam, kwam ik er achter dat ook Amsterdam in de Watergraafsmeer zo’n Baan heeft gehad!
Als bewoner van Jeruzalem heel interessant om te weten!
Ik kom zeker julle Museum bezoeken!
Ab Damen.
Stichting Stimmt zegt
Van MalieBaan tot MalieLaan
Amsterdam, januari 2020
Eind negentiger jaren ontwierp en realiseerde kunstenares Barbara van Loon een geheel nieuwe inrichting voor de Maliebaan met vijver, subtiele fontein-stralen en veel groen waarmee zij de MalieBaan, de door al het asfalt ook wel ‘de kortste landingsbaan van Amsterdam’ genoemd, omtoverde tot MalieLaan. Deze ligt te wachten op een facelift. Zij heeft hiervoor contact gezocht met de gemeente. De verandering zal in het teken staan van duurzaamheid i.v.m. de klimaatsverandering. Zowel wat de nieuwe beplanting betreft als het gebruik van regenwater. De realisatie van de vernieuwde Maliebaan is in 2021 gepland.