31 december 1936 – 31 december 1972
Door: Mijn naam is Ria Haije. Ik woon nu in de Haarlemmermeer, maar mijn roots liggen in de Watergraafsmeer. Ik ben geboren in 1949. Mijn ouders woonden toen in bij oma Haije; 3hoog aan de Linnaeuskade 21. In 1953, met inmiddels een derde kind op komst kwamen zij eindelijk in
aanmerking voor een eigen woning. Aan het Ingenhouszof. Het bleek een goede keus. Ons gezin groeide en bloeide en zwermde weer uit. Mijn moeder is er pas in 2009 vertrokken.

Foto: Ria Smith-Haije Alle rechten voorbehouden
Mijn vader had van 1937 tot 1973 een schoenmakerij in de Pythagorasstraat nummer 29a/
Naast hem zat Woningstoffeerder Roovers. Voor zover ik weet zat er daarvoor ook al een schoenmaker op die plek. In de papieren uit die tijd valt tenminste te lezen dat mijn vader op 26 januari 1937 aan ene Willemsen de somma van 110 gulden betaalt voor ‘een schoenmakerij en uitpoetsmachine’. Die uitpoetsmachine, waarmee met veel stof en lawaai de nieuwe zolen en hakken werden bijgesneden en – inderdaad – de schoenen gepoetst heeft het tot het einde toe volgehouden.
Daarnaast betaalde hij in 1937 nog een weekhuur van 5 gulden voor een piepkleine werkplaats van hooguit 25 m2. Verwarming zat er niet in. De enige warmtebron was een oliekacheltje!
De schoenmakerij was begonnen als noodsprong uit de werkloosheid van de jaren ’30 en het schrikbeeld van werkloosheid heeft hem ook altijd in z’n eigen schoenmakerij gehouden, hoewel het, zeker nadat z’n babyboomgezin uitgroeide tot 6 kinderen, bepaald geen vetpot was. In strenge winters als de mensen vooral warme laarzen droegen was er nauwelijks genoeg werk. Ondanks dat, was het altijd voor hem een eer om van een stel voddige schoenen of een kapot gescheurde tas weer iets moois te maken. Ook voor orthopedische aanpassingen kon je bij hem terecht.
Zijn broer Co was een vaste verschijning in de werkplaats en hielp regelmatig mee. Hulp was er ook altijd van diverse jongens uit de buurt die in de hoop op een fooitje de gerepareerde schoenen wegbrachten naar de klanten, maar die ’s avonds – mijn vader werkte altijd ’s avonds door – de werkplaats beschouwden als een gezellige hangplek. Later werden wij kinderen ook ingeschakeld om schoenen te bezorgen. Op de foto mijn zusje Hennie met een papieren schoenenzak onder haar arm.
Eind jaren zestig, begin jaren 70 begon het werk hem zwaar te vallen. Er waren destijds diverse overheidsmaatregelen van kracht om ‘kleine zelfstandigen’ zoals dat toen heette te ‘saneren’ en nadat zijn broer Co was overleden, sloot mijn vader de schoenmakerij en begon met 60 jaar alsnog aan een nieuwe carrière als conciërge aan de Hogewegschool.

Foto: Ria Smith-Haije Alle rechten voorbehouden



Foto: Ria Smith-Haije Alle rechten voorbehouden

In
Ons gezin op de Hogeweg 5 personen heeft heel wat schoenen gebracht bij Schoen zo noemden wij de schoenmaker. Wat een aardige luitjes waren zij. Met mijn vriendjes bleven we vaak kijken en kletsen.
Mooie tijden waren dat.
Lekker hangen bij Haije
Wat hebben wij een fijne tijd gehad in Ger Haije zijn werkplaats. Het rook er naar leer, lijm en shag. Op de werkbank het vlijmscherpe platte schoenmakersmes waarmee de hakken, van de strak tegen de borst geklemde schoenen, mee werden bijgesneden. De zware gietijzeren draaibak gevuld met een verschillende soorten spijkertjes. Wanneer de schoenen klaar waren mochten wij ze in een bruin papieren zak, waarop de prijs stond, afleveren bij de eigenaar.
Ome Ko kwam soms langs om zijn eigen schoenen “te bouwen”. Iets waar wij met bewondering naar keken onder het genot van een pindakoekje (of iets meer). Twee vakmannen met humor en twee buurtjochies in een klein zonnig hok.
Voor ons als kind was dit een mooie tijd waar ik nog steeds met veel plezier op terug kijk.
Folkert Kool
Dag mvr. Haije,
Een mooi verhaal met nog mooiere foto’s. Dank.
Ik zoek al jaren naar plaatjes van de werkplaats van mijn opa aan de Ringdijk 10. Onvindbaar.
En misschien leuk om eens te lezen/bekijken: http://www.fhvzelm.com/blog/?p=165 over de Simon Stevinstraat e.o.
Vrijdag zijn ze klaar..
Prachtig ‘onze’ schoenmaker weer te zien 🙂
Als je weer eens langs kwam met oude schoenen was hij altijd driftig bezig. De geur van de lijmen zal ook niet meer kwijtraken. Zie die kwastjes nog voor me. Hij bekeek de oude meuk eens goed die ik had meegebracht en mompelde dan: ‘nieuwe zooltjes zeker?’
Wat ons meer verbaasde was zijn ijzersterk geheugen. Hij wist altijd weer onze naam en schreef dat met een krijtje op de oude zolen. ‘Vrijdag zijn ze klaar’.
Ik wist altijd al van tevoren dat ze helemaal niet klaar waren. Maar kwam je ze halen dan zei hij: ‘o ja… jij komt van nr. 26 he? Hij stond op en ging met jouw probleem aan de slag zodat je ze toch nog mee kon nemen. En inderdaad… in een bruine zak. Leuk om al die foto’s te zien!
Cor Koelewijn