
1911 – 1996
Auteur: de heer P.H. Kiers
Evenals bij het stadion aan de Amstelveenseweg werd aanvankelijk ook van de toeschouwers in het AJAX-stadion enige sportieve prestatie verwacht, namelijk lopen. Het eerste AJAX-stadion in Watergraafsmeer, dat in 1911 aangelegd werd, lag dichter bij de stad dan het huidige. Destijds liepen de spoorlijnen in het oosten van de stad op straatniveau, hetgeen een grote hindernis voor tramlijnen betekende. Gesloten overwegen betekenden vertraging voor de tram, deze bleef dan ook aan de stadszijde daarvan. De tramlijn die het dichtst bij het AJAX-stadion kwam was lijn 9, die zijn eindlus had via het Kastanjeplein met standplaats in de 3e Oosterparkstraat naast de remise (waarvan de voorgevel in de Linnaeusstraat gedeeltelijk nog aanwezig is). Vanaf dat punt moesten de meeste stadionbezoekers hun tocht te voet voortzetten.

De Gooische stoomtram als alternatief
Voor sommigen was toch een alternatief aanwezig: de Gooische Stoomtram, die vanaf het Weesperpoortstation (bij het Weesperplein) langs de spoorbaan en via de Linnaeusstraat en Middenweg in richting Diemen (en het Gooi) reed. Het vroegere hoofdkantoor op de Middenweg 65 toont sinds 1985 weer de naam van dit trambedrijf. Bij stadionwedstrijden pendelde een extra tram vanuit Oost tot de wisselplaats Kruislaan.

Busdienst naar de Meer
Toen Watergraafsmeer in 1921 door Amsterdam geannexeerd werd, ontstond voor de gemeente de mogelijkheid de Meer te ontsluiten door een autobusdienst. In oktober 1922 werd vanaf het Leidsebosje lijn A ingesteld naar Betondorp (Betondorp is gebouwd in de jaren 20 van de vorige eeuw) , terwijl in 1925 vanaf het Amstelstation lijn D via de Weesperzijde daarheen ging rijden. Op 19 december 1934 werd het nieuwe, huidige AJAX-stadion (sinds 1996 verhuisd naar de Johan Cruyff-Arena) ingewijd. Het drukke vervoer daarheen vond dus steeds plaats met vele extra bussen op deze lijnen. Voor de aanvoer was vanaf het begin lijn 9 versterkt met een tweede bijwagen. Deze lijn werd in 1932 verlengd naar de Molukkenstraat en lijn 14 naar het toenmalige eindpunt van lijn 9. Lijn 6 (aanvankelijk 19 genoemd), die naar het Muiderpoortstation reed, kreeg ook versterking (tijdens de opening van het nieuwe stadion reden er op ieder van beide lijnen 6 extra’s en bovendien 3 op lijn 10).

Met lijn 9 naar de Watergraafsmeer
In 1940 werd het omhoog brengen van de spoorlijnen in Oost voltooid en kon de Watergraafsmeer ook door de tram worden ontsloten. De Gooische (inmiddels motortram) was in februari 1940 uit Amsterdam verdwenen, zodat de sporen, in Linnaeusstraat en Middenweg door de gemeentetram bereden konden worden na electrificatie. Dit kwam zeer gelegen omdat door het uitbreken van de oorlog vrijwel geen benzine meer verkrijgbaar werd gesteld voor het wegverkeer.


In juli 1940 werd de route van lijn 9 weer verlegd via de Linnaeusstraat en verlengd tot een kopeindpunt bij de Kruislaan; in september al werd de route doorgetrokken tot de Gaffelstraat. Hierdoor kon lijn A (die reeds vele jaren ingekort was tot diverse eindpunten in Oost) verdwijnen, lijn D was al in mei als oorlogsslachtoffer gesneuveld.

Bij stadionwedstrijden werd lijn 9 uiteraard met extra’s versterkt; zo nodig reden er ook extra diensten tot de Plantage Parklaan. De eindpuntlus bij het stadion werd op 29 april 1948 in gebruik genomen, waarmee het kopeindpunt en het rangeren met bijwagens eindelijk kon vervallen. Tussen 1978 en 1980 werd lijn 9 veelal versterkt met bussen, daarna weer met trams, 10 tot 18 stuks, gelijkelijk verdeeld tussen beide remises. Tot de doortrekking naar Diemen in 1990 werd een aantal trams wegens plaatsgebrek op het opstelspoor bij het stadion tijdens de wedstrijd elders geplaatst, vaak bij het Amstelstation. Voortaan zal de stadionlus dus nog slechts sporadisch gebruikt worden, bijvoorbeeld bij inkortingen.


Geef een reactie