1935 – 1982
Auteur: Jo Haen – Verteller: Ferry Mooy (1954) in Amsterdam, waar hij nog steeds woont.
Lees ook Blindengeleidehonden jarenlang opgeleid op de Middenweg
Lees ook Opening blindengeleidehondenschool in 1935
Lees ook Kinderen van Dongen weer even terug op de geleidehondenschool
Lees ook Hondengeblaf aan de Middenweg
Lees ook Blindengeleidehonden oefenen nog steeds in de Watergraafsmeer
Lees ook Boerderij Middenmeer Middenweg 333
‘Voorschool’ van de blindengeleidehondenschool
Voordat Hoveniers- en Ontstoppingsbedrijf Ton Buunk zich in 1985 vestigde op Middenweg 395 en er een paar jaar daarvoor nog een ander hoveniersbedrijf had gezeten, bevond zich op dat terrein een z.g. ‘voorschool’ van de Blindengeleidehondenschool Middenweg 333 (van 1935 tot 1982) op de hoek van de Kruislaan. Op het terrein had oorspronkelijk in de jaren twintig een rioolwaterzuiveringsinstallatie gezeten ten behoeve van Betondorp dat toen gebouwd werd.
De honden uit het asiel moesten eerst in quarantaine
Tegenwoordig fokt men zelf de honden, maar in de beginjaren kwamen ze meestal uit het asiel op de Polderweg en moesten daarom eerst in quarantaine in gebouwtjes op Middenweg 395, een soort filiaal van de school op de hoek van de Kruislaan. Ferry Mooy heeft er in de jaren zeventig een aantal jaren gewerkt, hij trainde de honden, die moesten leren om opdrachten uit te voeren zoals: Zit, sta stil, luisteren en ze moesten b.v. 10 minuten of nog langer doodstil kunnen blijven liggen. Ook moesten ze snel hun behoeften kunnen doen, want een blinde moest daar niet al te lang op hoeven wachten, vooral bij slecht of koud weer. Dat was belangrijk.
Uitlaatkennels
De honden verbleven in kennels op het terrein. Een stuk of 8, iedere hond had een eigen hok. Er waren ook z.g. uitlaatkennels en nachthokken. Als de honden de ‘vooropleiding’ goed hadden volbracht ‘verhuisden’ ze naar Middenweg 333 voor het echte werk.
De firma Buunk is inmiddels gestopt met het hoveniersbedrijf en heeft de grond verkocht. Over een paar jaar komt er nieuwbouw en alles zal worden gesloopt, op 2 gebouwtjes van de voormalige rioolwaterzuiveringsinstallatie na.
In de stromende regen
Ferry was benieuwd was of er nog iets over was uit de tijd dat hij daar met de honden werkte. Ik heb Ton Buunk gebeld en samen hebben wij het complex bezocht. In de stromende regen leidde Ton, die nog op het terrein woont, ons rond. Ferry herkende meteen een oud kennelgebouw en nog wat restanten van een uitlaatkennel: ‘overblijfselen’ uit de tijd van de ‘voorschool’. Ferry wist nog een hoop te vertellen over hoe het toen was. Onvoorstelbaar trouwens dat er nog iets is overgebleven uit ‘zijn’ tijd.
Voordat alles gesloopt gaat worden hebben we dus toch nog wat foto’s kunnen nemen.
Weer gaat een stukje groene Watergraafsmeer verdwijnen
Het bloed kruipt waar het niet gaan kan, want Ferry, inmiddels 67 jaar, is nog steeds gek op honden en is lid van de Duitse Herderclub.
Na afloop bood Ton ons een kopje koffie aan in de kantine van het voormalige hoveniersbedrijf.
Jammer, dat ook hier gebouwd gaat worden, maar helaas, het is niet anders. Weer gaat er een stukje groen verdwijnen. Maar we moeten mee in de vaart der volken en de woningnood is groot. Toch jammer. 0p
Met dank aan Ton Buunk voor de gastvrijheid.
—————————————————————————–
Hieronder ter aanvulling de tekst van een column, die Kees Tinga enkele jaren geleden schreef. Hij is hoofdinstructeur Opleiding KNGF Geleidehonden. Geboren en getogen in Amstelveen (of eigenlijk Nieuwer-Amstel) maar heeft door zijn werk met blindengeleidehonden en interesse in geschiedenis van Koninklijk Nederlands Geleidehonden Fonds (KNGF geleidehonden) een binding gekregen met de Watergraafsmeer.
Een toevallige ontmoeting
Je bent op zoek naar bepaalde verzamelobjecten en als je iets vindt, kan dat naar mate van het belang of het voorkomen van een object groot of groots worden gevierd. Als je echter iets onverwacht tegen het lijf loopt dan is de verrassing des te groter. Een toevallige ontmoeting op straat of een praatje met een wildvreemde kan de alleraardigste ontdekkingen opleveren.
Destijds geen fokprogramma dus ook geen fokgast- of puppypleeggezinnen
Onlangs passeerde ik tijdens de training de oude voorschool op de Middenweg te Amsterdam. Een locatie die ik zowel lopend als rijdend in de auto regelmatig passeer maar waar ik geen historisch vondsten vermoedde. De voorschool was een afdeling van het KNGF die enige honderden meters van de eigenlijke school was gelegen en die in gebruik was als een soort quarantaine afdeling. Destijds was er nog geen fokprogramma dus ook geen fokgast- of puppypleeggezinnen. Honden waren afkomstig uit asiels of kwamen bij particulieren vandaan die hun overbodig geworden viervoeter een nuttige herbestemming wilde geven. Deze honden verbleven de eerste periode op de voorschool om te acclimatiseren en bovendien werd de hond beoordeeld op zijn mogelijke geschiktheid als blindengeleidehond. Als de hond goed genoeg was bevonden werd hij overgeplaatst naar de ‘echte’ geleidehondenschool op de hoek van de Kruislaan.
Een medewerkster toonde mij de kennels
Sinds het vertrek van het KNGF naar Amstelveen is er in de voormalige voorschool een hoveniersbedrijf gevestigd en op bewuste trainingsdag ben ik hier het terrein eens opgewandeld om te kijken of er nog iets herkenbaars vanuit het KNGF verleden zichtbaar is. De gebouwen zijn gerestaureerd en gerenoveerd maar zijn aan de buitenzijde nog enigszins te herkennen. De verrassing was echter groot toen één van de medewerksters van het hoveniersbedrijf mij vroeg mee te lopen en mij de kennels toonde waar ooit de honden in opleiding gehuisvest waren. Het geheel zag er keurig onderhouden uit en fungeerde momenteel als opslagruimte voor (tuin)gereedschap. Één van de kennels was echter nog gereserveerd voor zijn oorspronkelijke functie. Hier was de hond van de baas ondergebracht..
Vers vlees (pens en kanen) over de openbare weg in een kruiwagen
De enige collega die zich deze kennels nog weet te herinneren, is onze senior instructeur Frans Heitz. Veel collega’s kennen de anekdote van Frans dat hij als jongste bediende bij het KNGF in 1977 het voer moest brengen van de geleidehondenschool naar de voorschool. Op het oog lijkt dit niet zo’n heel vervelende klus maar als ik u vertel dat het hier om vers vlees (pens en kanen) ging en dat het vervoer over de openbare weg in een open kruiwagen gebeurde, werpt dit een heel ander licht op de zaak. Enne Frans . . . ik heb het vandaag uitgemeten. De afstand valt reuze mee, hoor. Het is slechts 400 meter !
Frans Roelofs zegt
Ferry, ik wist wel waar de blinde geleidehondenschool vroeger was gehuisvest, maar nooit bij stilgestaan dat jij (neef) daar ook actief bij betrokken was. Leuk om zo’n stukje historie te lezen. Top!!!