Hoe wordt een oud-profvoetballer kapper?
“Ho, wacht eens even. Ik knipte al voordat ik prof werd, hè. In het begin was ik schilder. Stond ik om half zeven ’s ochtends bij het Amstelstation met een paar andere gasten te wachten op een busje dat ons naar Urk of zo zou brengen om daar pakweg een bejaardentehuis te schilderen. Broodtrommeltje erbij. Nou, dat had ik snel bekeken.
Gelukkig had een kennis van mijn moeder in Betondorp een kapperszaak. Daar kon ik beginnen met helpen en dan tegelijkertijd de kappersopleiding doen”, vertelt Kees Bregman.

Spits
“Ik ben pas op mijn 23ste in het betaald voetbal beland”, vervolgt hij. “In 1971. Bij FC Haarlem. Daarvoor zat ik bij de amateurs van JOS. Bij Haarlem scoorde ik er als spits meteen lekker op los. Toen klopte FC Den Haag op de deur. Na twee jaar ging ik naar MSV Duisburg. Daar speelde ik aanvankelijk op het middenveld. Toen onze trainer Otto Knefler centraal achterin een probleem had, zei ik met een stalen gezicht dat ik daar vroeger altijd had gespeeld.”

Die ingeving bleek een uitkomst: “Voor mij en voor het team. Vooral mijn gevoel voor timing bij het inschuiven was van toegevoegde waarde. Bij Duisburg hebben de fans het nog steeds over onze legendarische 5-2 zege op Bayern München.”
Reistijd
Na vijf jaar Duisburg speelde hij nog voor Roda JC, Arminia Bielefeld, weer Duisburg en ten slotte Fortuna Köln. Hij stopte pas op zijn 37ste. Dat was in 1985. Jezelf ‘binnen voetballen’ was er in die jaren nog niet bij. Het was gewoon weer werken voor de kost. “Halverwege de jaren negentig ben ik hier op de Bos en Lommerweg naar binnen gelopen. Ik vroeg aan de eigenaar of ik kon komen werken. Dat kon. Drie weken later had ik de zaak gekocht. Lange reistijden heb ik geen last van. Mijn reistijd is één deur, ik woon hier meteen achter. Dat noemen ze geloof ik een schot in de roos. Of in mijn geval: een schot in de kruising.”
Er is in ruim drie decennia in de zaak niet veel veranderd. “Eigenlijk alleen deze tafelbladen voor de spiegels. Daar zaten eerst wasbakken. Daar moest je je hoofd voorover in doen. Ja, dit is een mannenzaak. Vrouwenhaar was je achterover. Om hun make-up te beschermen. Wist je niet hè? Zo zie je maar dat een bezoek aan de kapper ook nog leerzaam kan zijn.”
Woonde hij vroeger niet in de Manenburgstraat ?