27 juni 1946 – 28 juni 1960
Auteur: Marella Karpe – Verteller: Tonny Hollanders komt uit een gezin met 11 kinderen, in maart 1946 werd zij als 9e kind van haar ouders geboren. Het gezin bestond vooral uit meisjes, er waren maar 2 jongens. Tonny heeft een groot deel van haar leven in Oost gewoond en gewerkt, maar woonde ook een paar jaar in Engeland en IJsland. Zij heeft altijd veel belangstelling gehad voor taal en schrijft graag gedichten.

Foto: Beeldbank Amsterdam Alle rechten voorbehouden
Drie slaapkamers voor een gezin met 11 kinderen, dat betekende dat er op de slaapkamers geen ruimte was om te spelen, bovendien was dat ’s winters te koud, er werd dus heel veel aan de huiskamertafel gespeeld. Toen de oudste kinderen verkering kregen werden dat 2 tafels, want de aanhang mocht soms mee eten.
Tonny heeft als kind heel veel met blokken en kartonnen doosjes gespeeld aan tafel.
Twaalf jaar was een belangrijke leeftijd ; vanaf die leeftijd moest je je eigen sokken stoppen en je eigen strijk doen. (Tonny verdiende wat bij door de petticoats van haar oudere zussen te strijken ) En vanaf je 12e mocht je meedoen met lootjes trekken voor Sinterklaas.
De jongere kinderen moesten in de keuken zitten wachten – onder het luidkeels zingen van het Sinterklaasrepertoire – terwijl moeder en de oudere kinderen de kamer inrichtten. Op tafel lag voor ieder jonger kind een stapel cadeau’tjes in bruin pakpapier, het leek heel veel omdat ieder gummetje en potlood apart verpakt werd. In een teil zaten de surprises, altijd voorzien van een gedicht. Het was een feest als je tot de ingewijden ging behoren, die zelf – verborgen achter een lap op het bed – gingen knutselen en dichten.
Op een gegeven moment gingen er een aantal van de oudere broers en zussen trouwen, Tonny ’s spel werd toen “trouwerijtje”. Een buurjongen werd de bruidegom. Tonny’s moeder – doorgaans streng en degelijk – ging helemaal mee met het spel; zij dekte de tafel feestelijk en serveerde limonade en snoep. De volgende dag arriveerde een brief van de ouders van “de bruidegom”. Zij gaven te kennen dat zij ook wel uitgenodigd hadden willen worden en dat ze alsnog wilden kennismaken. Opnieuw ging de moeder van Tonny mee met het spel en de ouders kwamen op visite.
De grote broer van Tonny had een eigen herenfiets en zij mocht fietsen leren op zijn vehikel.Eerst met het been schuin onder de stang door. Toen ze kon fietsen mocht ze af en toe een blokje om. Stiekem fietste ze helemaal naar de Schellingwoudebrug, die toen in aanbouw was. Helaas liet ze het fietssleuteltje vallen in het zand onder de brug, zodat ze terug moest lopen en haar ongehoorzaamheid uitkwam.


In1947 ging ik naar de Vander Waalsschool, en wij hadden een meisje in de klas en die had idd 11 briefjes en zusjes! En die woonde daar! Ik weet helaas niet meer hoe ze heten. Maar als ik naar school liep “haalde “ ik haar op.
Herchelstraat was voor mij mijn jeugd [51-59] zat op de 5 de Montessorischool in de Herschelstraat, en later mijn zoon in 73. Bekend terrein.