1952
Sinds 1975 schreef toenmalig Watergraafsmeerder Frank Roos voor het Amsterdams Stadsblad. (De krant was als Wiering’s Weekblad begonnen aan de Hogeweg.) De redactie vroeg hem artikelen voor de nieuwe pagina Oost. Later organiseerde hij edities voor alle windrichtingen in de stad plus kranten in Buitenveldert en de Bijlmer. Jarenlang beheerde hij het Watergraafsmeer-archief van historicus Jaap Kruizinga. In een serie korte stukken haalt hij herinneringen op.
Postbode met zijn kroost aan de wandel?
Het is een typisch jaren ’50-tafereel. Het lijkt wel of de postbode met zijn kroost aan de wandel is. Dat ligt bij het verhaal achter deze foto toch wat ingewikkelder. Het was de zomer van 1952, dat klopt in elk geval. De kinderwagen is ook in de mode van die tijd; mijn vader heeft op zo’n onderstel voor mij nog eens eenkar getimmerd.
Behoefte aan een weekje in ‘prettige, huiselijke gezinssfeer’
21 Jaar was William C. Wilson toen deze foto van hem werd gemaakt in de Celsiusstraat. De oorlog en zeker de bevrijding waren nog maar kort geleden en
Amerikaanse militairen waren zonder uitzondering populair. William kwam naar de Wetbuurt dankzij een oproep in het legerblad Stars and Stripes. De “airman first class” uit Holly Springs in Mississippi was gelegerd op vliegveld Tempelhof in Berlijn. Hij was radiotelegrafist en vloog over westelijk Europa. Het is dus geen postbode die we zien in het uniform van de Amerikaanse luchtmacht. Ver van huis hadden de jonge militairen volgens hun commandant behoefte aan af en toe een weekje in ‘prettige, huiselijke gezinssfeer. Dus ging een geselecteerd groepje op bezoek in Amsterdam. Geselecteerd, omdat de kerkelijke gezindheid bij die van het gastgezin moest passen.
William voelde zich direct thuis, volgens de gastheer, die Kruizinga heette en wellicht familie was van Jaap, uit wiens archief dit verhaal opdook.
Het gezin dat een bovenhuis bewoonde, had wel een kamer over – dat wil zeggen: dochter Nini moest tijdelijk plaats maken.
Riny Kruzinga zegt
Riny Kruzinga
William Wolson logeerde inderdaad bij de vader van oom Jaap Kruizinga in de Celciusstraat. De kinderen van tante Tootje, Marjan en Arie, lopen naast de kinderwagen waarin Ansje ligt.